Onbegrijpelijke handhaving door Vergunning, Toezicht en Handhaving (VTH) caravanstallingen op de Buitenvaart.

Datum: 15 februari 2017

Aan de voorzitter van de raad

Steller vragen: De heer W.R. Hengstman (VVD)

Onderwerp: Onbegrijpelijke handhaving door  Vergunning, Toezicht en Handhaving (VTH) caravanstallingen op de Buitenvaart.

Het college wordt verzocht de volgende vragen schriftelijk te beantwoorden:

1. Hoe kan het, dat VTH in de handhaving van m2 caravanstallingen op de Buitenvaart zo afwijkt van hetgeen is gezegd op 7 april 2016 door de portefeuillehouder economische zaken?
2. Is het college het met de VVD eens dat er t.a.v. de caravanstallingen in Buitenvaart geen gedeelde bestuurlijke en ambtelijke lijn is gehanteerd en zo ja, welke maatregelen gaat het college treffen om te voorkomen dat dergelijke situaties zich nogmaals voordoen?
3. In het projectbesluit staat nergens omschreven dat er een maximum geldt van 23m2 per caravanplaats.  Is het college het met de VVD eens, dat het daarmee niet aan de gemeente maar aan de ondernemer is om zijn stalling in te richten naar eigen goeddunken? En zo ja, hoe rijmt de gemeente de handelswijze van VTH hiermee?
4. Hoe kan het, dat VTH controleert op andere zaken dan waartoe zij bevoegd is? En is dat vaker aan de orde?
5. Is het college het met de VVD eens dat de onterechte (en daardoor teruggedraaide) handhaving heeft geleid tot vertraging in het vaststellen van het nieuwe bestemmingsplan Buitenvaart?
6. Is het college het met de VVD eens dat ondernemers hiervan de dupe zijn geworden omdat zij werden geconfronteerd met onzekerheid en onnodige bureaucratie?
7. Is het college het met de VVD eens dat dit optreden van VTH niet getuigt van excellent gastheerschap?
8. Ondernemen is risico nemen. Is het college het met de VVD eens, dat niet helder geformuleerde begrippen in het stadhuis niet mogen behoren tot dit ondernemersrisico?
9. Uit de (inmiddels teruggedraaide) definitieve toewijzing stallingsruimte (8 november 2016) blijkt dat de gemeente nauwkeurig op de hoogte is van het aantal contracten die de stallingshouders hebben afgesloten. Hieruit blijkt ook duidelijk dat één stallinghouder op zijn 1455m2 toegekende ruimte 450 caravans heeft gestald (3 m2 per caravan). Daaruit blijk dus ook dat VTH weet dat er niet toegewezen (illegale) m2 in gebruik zijn. Waarom is hier niet (ook niet na handhavingsverzoeken) op gehandhaafd?
10. Wat is de reden dat VTH na het collegevoorstel van april 2016 waarin de raad wordt voorgesteld om gemotoriseerde voertuigen toe te staan, per juli 2016 het aantal contracten onder de loep neemt terwijl dat volgens het projectbesluit al in 2013 had moeten gebeuren en daarmee de eventuele niet helder geformuleerde begrippen eerder boven water had gebracht?

Toelichting:

In de raadsbrief van 7 februari 2017 “Wijziging raadsvoorstel bestemmingsplan Agrarisch gebied Buitenvaart” maakt het college melding betreffende de reden waarom het raadsvoorstel bestemmingsplan Agrarisch gebied Buitenvaart op 24 november 2016 van de agenda werd gehaald. De aangevoerde reden dat de begrippen “daadwerkelijk in gebruik” en “gebruiksklaar zijn” niet helder genoeg geformuleerd zijn en verschil in interpretatie opleveren bevreemd de VVD fractie.

De wethouder van economische zaken heeft in de vergadering van 7 april 2016 (zie video notulen 7/4/2016 witte zaal tussen 130 en 139 min.) meermalen duidelijk aangegeven dat een vergunning pas wordt ingetrokken als er geen gebruik meer van een vergunning wordt gemaakt.

Het tegenstrijdig handelen van de afdeling Vergunning, Toezicht en Handhaving (VTH) bij de stallingen heeft het proces bestemmingsplan Agrarisch gebied Buitenvaart niet alleen aanzienlijk vertraagd, maar brengt ondernemers ook in problemen. Daarnaast bevreemd het de VVD dat de in eerste instantie afgepakte m2 van de ene stallingshouder direct zijn toegewezen aan een andere ondernemer die meer m2 stallingsruimte in gebruik had dan waarvoor hij een vergunning had en waarop blijkbaar niet gehandhaafd is terwijl de begrippen “daadwerkelijk in gebruik” en “gebruiksklaar zijn” daarop niet van toepassing zijn. Daarnaast is er een verzoek tot handhaving ingediend richting deze ondernemer.

Met klem verzoekt de VVD dat de beantwoording van deze vragen over het handelen van VTH de behandeling van het raadsvoorstel bestemmingsplan Agrarisch gebied Buitenvaart niet verder vertraagd.  

Ondertekening en naam,

De heer W.R. Hengstman (VVD)